Calcium is een belangrijk mineraal, dat zorgt voor sterke botten. Door voldoende calcium binnen te krijgen verminder je het risico op osteoporose (botontkalking).
Wat is calcium?
Calcium is een mineraal, dat van nature in de bodem voorkomt. Planten nemen het mineraal tijdens de groei in hun bladeren en stengels op. Dieren en mensen krijgen het calcium binnen als ze planten of vlees opeten. Als calciumionen (deeltjes) wordt het calcium door je lichaam verspreid, waar het gebruikt wordt voor belangrijke biologische reacties.
Welke functies heeft calcium in je lichaam?
Calcium is erg belangrijk om gezonde botten en tanden te krijgen en te houden. Je lichaam maakt tijdens je leven constant nieuwe botcellen aan. Calcium is één van de voornaamste bouwblokken van dit nieuwe botweefsel. Gezonde botten met een grote dichtheid zijn bestand tegen breuken.
Ook je spieren, je zenuwcellen en het systeem van je bloedstolling hebben calcium nodig om goed te kunnen werken. En er zijn nog andere processen in je lichaam waarbij calciumionen niet gemist kunnen worden. Een tekort aan calcium is daarom een ongezonde situatie.
Welke problemen kan je krijgen door een calciumtekort?
Een tekort aan calcium kan vervelende gezondheidsproblemen met zich meebrengen. Osteoporose of botontkalking is de bekendste hiervan. De oorzaak van osteoporose is, dat calcium op een latere leeftijd minder goed door het lichaam wordt opgenomen. De aandoening komt vooral bij oudere mensen voor; vrouwen boven de 50 jaar en mannen boven de 70 jaar hebben het hoogste risico op botontkalking. De botten worden zwakker en hebben een lagere dichtheid dan op jongere leeftijd. Daardoor kunnen de botten makkelijker breken, bijvoorbeeld als gevolg van een val.
Vroeger was rachitis (Engelse ziekte) vooral bij kinderen uit arme wijken een probleem. Bij rachitis worden de botten niet goed gevormd en groeien krom. Het is een gevolg van gebrek aan calcium en/of zonlicht (waardoor onvoldoende Vitamine D wordt aangemaakt). In de westerse wereld komt deze gebreksziekte tegenwoordig eigenlijk niet meer voor.
Welke voedingsmiddelen bevatten veel calcium?
Calcium komt vooral voor in melk, zuivelproducten, kaas, groente, en in noten en peulvruchten. Mensen die risico lopen op osteoporose doen er goed aan om genoeg van deze voedingswaren te eten. Ook kan het aan te bevelen zijn om calciumsupplementen te nemen.
Mensen die in hun jeugd (wanneer de botten gevormd worden) voldoende calciumrijk voedsel eten, hebben op latere leeftijd minder last van osteoporose.
Wat hebben Vitamine D en oxaalzuur met calcium te maken?
Je lichaam is een ingewikkelde machine vol met chemische reacties. Sommige stoffen die je binnenkrijgt zorgen dat die reacties beter of slechter verlopen. Zo zijn er stoffen die invloed hebben op hoe goed je lichaam calcium kan opnemen uit je eten. Als je meer calcium wilt binnenkrijgen, is het goed om te letten op je inname van Vitamine D en oxaalzuur.
- Vitamine D zorg er voor dat je darmen makkelijker calciumionen uit je voedsel onttrekken. Ook zorgt de vitamine ervoor dat het calcium wordt vastgelegd in je botten. Gunstig dus! Je huid produceert zelf Vitamine D onder invloed van zonlicht. Regelmatig buitenkomen helpt je dus om calciumtekorten te voorkomen. En voeding die veel Vitamine D bevat is onder andere vis, vlees en eieren.
- Oxaalzuur vermindert juist het opnamevermogen van calcium door je lichaam. Vermijd dus het eten van grote hoeveelheden voeding die oxaalzuur bevatten – rabarber en spinazie zijn voorbeelden daarvan. Het eten van normale hoeveelheden van deze groentes is, bij een gezond voedingspatroon, geen probleem.